zondag 22 oktober 2017

Vakken vullen in de tuin



Hokjes, vakjes, we stoppen iedereen in hokjes vakjes, als ze anders zijn dan wijhijhij....
Tsja, ik had weer eens een liedje in mijn hoofd tijdens het tuinieren. Samen met Arie verdeelde ik de nu helemaal lege voortuin in vakken, zoals ik die afgelopen winter had uitgetekend. Met rolmaat, paaltjes en touw kwam het plan tot leven. Daarna naar de kweker, planten halen, ik had toch wel een soort "hoera-eindelijk-jarig-gevoel"; na maanden ploeteren kon nu het leukste deel van de voortuinrenovatie van start gaan, het aanplanten. Twee karren vol planten koos ik uit, dat kon natuurlijk nooit allemaal in de Panda maar na twee ritjes stond alles in de Hof. Nou alles, een deel van de aanplant is nog in bestelling. Dat zijn bladverliezende struiken zoals liguster, berberis, bottelroos maar ook haagbeuk en beuk. Deze kun je vanaf eind oktober in bosjes met zogenaamde kale wortel kopen, dit betekent dat ze niet in een pot met grond zitten. Dit kan natuurlijk alleen als de struiken niet meer groeien - in de herfst dus als deze planten hun blad laten vallen en in winterrust gaan. Heesters met kale wortel, ook wel bosplantsoen genoemd, zijn veel voordeliger in aanschaf. De herfst is een heel goed tijdstip om planten te (ver)planten. De grond is nog warm waardoor de wortels goed kunnen groeien. De planten gaan bovengronds in rust waardoor ze al hun energie in de wortels kunnen stoppen. Het is kouder regent vaker dan in het voorjaar waardoor de planten minder risico lopen op uitdrogen. Wat overigens niet betekent dat je geen water hoeft te geven bij de aanplant! Doe dit altijd, zelfs als er regen is voorspeld. Is de potkluit erg droog, dan kun je deze het beste eerst onderdompelen in een emmer water net zolang tot er geen luchtbellen meer naar boven komen. 

Nu dus eerst de vakken vullen met struiken uit pot. Het ziet er gelijk al heel anders uit. Vanachter glas laat ik je even meekijken - het regent te hard om nu buiten foto's te nemen! Lekker buitje voor de nieuwe aanplant, dat wel. 

Vooraan twee vakken met vaste planten. Daarachter links siergrassen, rechts struikklimop (Hedera Arborescens). Nog een vak naar achter de rode stelen van kornoelje (Cornus alba 'Sibirica'). Linksachter tegen de stoep twee vakken met olijfwilg (Elaeagnus ebbingei 'Compacta'), achter het linkervak staat nog een rijtje klimop. (En dat grijze dotje linksvoor is een vetplant in de vensterbank)
Vanuit de kamer naar rechts gezien, vooraan weer vakken met vaste planten. De wat grotere grijsgroene planten zijn Perovskia's (ook wel reuzenlavendel genoemd). Linksvoor struikklimop daar schuin achter - met de donkere stelen - staat een krentenboompje (Amelanchier lamarckii). Daarachter weer de rode kornoelje en een vak olijfwilg. Rechts van de stok met het gele draad zie je een vak met zegge - een kruipend siergrasje (Carex morrowii variegata 'Icedance'). Dit vak moest eigenlijk ook gevuld worden met struiken maar op zo'n 30 cm onder de grond ligt een betonplaat, diep wortelen is hier dus niet mogelijk. Je komt wat tegen als je gaat spitten...
Detail van de rode kornoelje, gekozen om zijn knalrode takken in herfst en winter. Zoals je ziet is dit ook een bladverliezende heester. Deze kun je ook met kale wortel kopen maar dan zijn ze wel een stuk kleiner. Ik ging in dit geval voor groot - dan staat er gelijk wat. 
De olijfwilg kan tegen een stootje én tegen zoute zeewind. De struik is wintergroen en houdt dus het hele jaar zijn donkergroene, glimmende blad met chique grijze onderkant. Dit is de variëteit 'Compacta', zoals de naam al zegt, groeit deze compacter dan de gewone olijfwilg. Fijn dus als je er een haag, of zoals ik, blokken van wilt aanplanten. 
Krentenboompjes wilde ik ook graag in de voortuin. In het voorjaar sierlijke witte bloemtrosjes, geliefd bij de bijen, daarna rode vruchten (zo groot als een krent) waar de merels dol op zijn en in de herfst kleuren de bladeren prachtig oranje. Veel plezier voor mens en dier. 
Het krentenboompje in bloei. 
Nog zo'n kanjer: struikklimop (Hedera arborescens). Het hele jaar groen en in het najaar deze groengele bloemen die wel wat van een speldenkussentje weg hebben. Je ruikt de zoetzware honinggeur al van verre. De bijen, en (zweef)vliegen zijn er dol op (zie foto bovenaan dit blogbericht). Heel waardevol dus in dit jaargetijde als er niet meer zo heel veel planten in bloei zijn. 
Tot zover even over de struiken die ik heb uitgekozen voor de voortuin. Over de vaste planten die ik heb geplant en de struiken die ik nog ga planten schrijf ik een andere keer. Tijdens het aanplanten merkte ik dat er al heel wat regenwormen naar de voortuin zijn gekropen. Dat was toen ik de tuin leeg maakte wel anders - amper bodemleven te bekennen en weinig voeding voor de planten (vandaar ook dat de heermoes het er zo naar zijn zin had - een indicatorplant voor arme grond). Toen ik de tuin helemaal leeg had, heb ik Vivisol van DCM door de grond gewerkt. Een fijnkorrelig spulletje wat humus toevoegt en bodemleven stimuleert. Twee weken later zie ik al verbetering, meer wormen dus en andere kruipende kriebelbeestjes. Hopelijk smullen de nieuwe planten er ook van. 


zondag 15 oktober 2017

Zwarte appie

Vol verwachting reden we op een zonnige zaterdag naar biologische kwekerij van oude fruitrassen Op Goede Grond, vlakbij Zundert. In mijn fototas een zakje appels om te laten determineren. Zouden we vandaag eindelijk het ras te weten komen van onze donkerrode sneeuwwitje-appels? Op deze open dag van de kwekerij was Jan Woltema uit Groningen aanwezig, kenner van (oude) fruitrassen. 
Over een graspad met aan weerszijden rijen fruitbomen liepen we naar de schuur. Wat een contrast met de aangeharkte boomkwekerijen die ik onderweg zag. Hier geen kale grond onder de bomen maar gras, eenjarigen en verschillende struiken. Gezellig was het bij de schuur: een kraam van Velt met o.a. allerlei boeken en brochures, een pan soep pruttelde op een houtvuur, mensen zaten gezellig te kletsen, eten en drinken. Onder de overkapping op strobalen stonden manden met diverse soorten appels en peren, oogst van de kwekerij.


Beetje zoekend liepen we rond, waar konden we onze appeltjes laten determineren? Vriendelijk werden we verwezen naar Jan die dadelijk plaatsnam achter de tafel in de schuur. Het determineren kon beginnen, spannend!

Jan Woltema aan het werk. Prachtig die oude boeken  met appelrassen. Het donkere appeltje was er jammer genoeg niet in te vinden. 
Daar lagen de appeltjes op het kleurige tafelzeil, het eerste wat Jan opviel was dat het twee verschillende soorten waren! Huh? Maar ze komen van één boom! Tja dat schijnt dus te kunnen. Omdat appels geënt worden op een onderstam (van een ander ras) kan het zomaar zijn dat vanuit de onderstam ook een tak is gaan groeien die dus andere vruchten voortbrengt dan de soort die erop geënt is. Of misschien zijn er twee soorten op de onderstam geënt. Het was mij echt nog nooit opgevallen dat er twee verschillende appels aan deze boom groeien, suf eigenlijk. Maar goed welke appelsoorten hebben we dan? Jan begon met de wat grotere rode appel met gele blos. Hij sneed de appel door en bekeek het klokhuis, de lijn die je er omheen ziet lopen, is als het ware de unieke vingerafdruk van de appel, hij vergeleek deze met een afbeelding in een van zijn boeken. Verder keek hij naar de lengte van het steeltje en de vorm van de kelkblaadjes aan de onderkant van de appel. En er werd een stukje van de appel geproefd om daarna tot de conclusie te komen dat dit appeltje een Brabantse Bellefleur moet zijn. Dat was één. 
 
Op deze afbeelding zie je de lijnen goed die langs het klokhuis lopen - de vingerafdruk van de appel. 
Ons donkerrode mysterie-appeltje was voor Jan helemaal niet zo'n raadsel - al kon hij hem in zijn naslagwerken niet vinden - het was overduidelijk: dit is een Api Noir. Een klein, rond, wat afgeplat appeltje, zwartrode schil met waslaagje en als je de appel doorsnijdt, zie je vaak in het witgele vruchtvlees wat rood van de schil doorlopen. Het is een heel oud appelras uit Frankrijk, al voor 1700 bekend - vond ik op internet. 

Onze eigen zwarte appie, er hangen nog wat appeltjes aan de boom. Ze zijn rijp in oktober/november. Latertjes dus. 
De bewuste appelboom. Waar nu precies de Api's en de Bellefleurs groeien, daar zal ik volgend jaar nog eens goed naar moeten kijken omdat de appels nu al bijna allemaal van de boom af zijn. Ik vermoed dat de Bellefleurs aan de tak links groeien. Nu weten we de naam (namen) en blijft er alsnog een mysterie rondom deze appelboom. 
Deze appelsoorten had Jan meegenomen. Hij is lid van Vrienden van het oude fruit, een vereniging die de oude fruitrassen wil helpen behouden. Kwekerij Op Goede Grond houdt zich hier ook mee bezig zodat we diversiteit behouden en op den duur niet alleen maar vier soorten 'supermarktappels'  kunnen eten. 
oorwormpotje
Er is behalve fruitbomen nog van alles te zien op de kwekerij. 

Op de kop van een rij met appelbomen staan de soorten aangegeven. 
Op Goede Grond doet goed werk. Ook een keer kijken - of misschien een boompje kopen? Ze zijn open op vrijdag, zaterdag en zondag. (info)


zondag 1 oktober 2017

Na tekenen komt rekenen

Ook de slak bereikt zijn doel
Het is gelukt, afgelopen week het laatste stukje van de voortuin omgespit. Wanneer ben ik er ook alweer aan begonnen? Even terugzoeken in de lijst van blogberichten; o, echt al in januari (lees voortuin reorganisatie). Toen ging de buxus en de bestrating eruit. Daarna begon het spitwerk, dat viel flink tegen doordat er op ongeveer anderhalve steek diep een laag puin onder de grond verborgen lag. (lees eigen huis en puin) Het verwijderen van onkruid en puin werd dus een arbeidsintensieve klus die ik gisteren eindelijk kon afronden. Soms was de grond te droog en te hard, de laatste tijd juist weer te nat en dan lag het spitwerk even stil. Ondertussen werd het werk door buurtgenoten en passanten gade geslagen. Was ik aan het spitten dan volgde er regelmatig een praatje in de trant van: 'wat een werk hè!' en 'wat ga je toch allemaal doen?' Ook werd me door de bakfietsmeneer bemoedigend toegeroepen: 'Ziet er goed uit hoor!' en later - toen mijn vakantie voorbij was: 'Het schiet niet meer zo op hè!' De pompoenen die in de zomer op de reeds omgespitte helft groeiden zorgden ook voor de nodige bekijks. En allemaal zijn ze nieuwsgierig naar de volgende fase: wat zal er in de voortuin komen? 
Dit is het beplantingsplan dat ik tekende voor de voortuin. Blokken van verschillende soorten heesters, wisselend in kleur, textuur en hoogte. (lees voortuin plan D)
Deze foto geeft een idee van het ontwerp. 
De fase van inplanten komt dus naderbij, ik blij. Maar eerst moet er nog enige zorg aan de grond besteed worden. De klei in de voortuin is arm, het bevat weinig humus en bodemleven, vandaar ook dat de heermoes het er zo goed doet: Nu is het zo dat Heermoes een signaalplant is voor arme gronden, voor gronden met een laag gehalte aan mineralen. Doordat ze diep wortelen, kunnen ze mineralen diep uit de bodem naar boven halen en zo de bovenste laag verrijken en verbeteren. Ik raad u dan ook aan om het afgetrokken stuk gewoon ter plaatste te laten liggen. De plant gaat verdorren en uiteenvallen, de opgenomen mineralen gaan in de bodem terecht komen en zo stilaan de tekorten aanvullen. (bron: natuurlijkemoestuin.be)

Dat wordt dus de volgende klus: bemesten en egaliseren. Daarna kan de pret beginnen van het inplanten. Nu ben ik aan de hand van het ontwerp aan het rekenen hoeveel planten ik nodig zal hebben. Lastig om vanaf een tekening - op schaal uiteraard - te rekenen naar de realiteit. Hoe groot zijn de planten? Hoe ziet zo'n vak er in het echt uit? Met advies van de kweker kom ik er vast wel uit. Doordat ik zoveel tijd in de voortuin steek, blijft er 'achter' het een en ander liggen. Toch groeit en bloeit het allemaal best lekker. Nog een paar plaatjes uit de hof:

De dahlia's doen het nog steeds heel goed. Slakje vindt het wel een leuk verstopplekje. 
Deze 'waterlelie-dahlia' doet het echt supergoed dit jaar. 

Dezelfde soort, de bloem wat verder open en bedekt met pareltjes dauw.

De rozerode aren van de Persicaria bloeien ook lang door. Het waren enorme planten geworden - waar ook nog eens winde door groeide - vandaar dat ik ze in oktober vorig jaar helemaal uitgespit heb en daarna wat kleine stukken wortelstok terug geplant. (onverteerbaar

 Tot slot, de sierlijke Gaura lindheimeri met bloemen als vlindertjes.